Klassieke zangtechniek

Houding

Houding is eigenlijk nummer één bij zingen. Als je tijdens het zingen niet goed rechtop staat dan kunnen de ademsteunspieren van de borstkas hun werk niet goed doen. De spieren van de borstkas trekken dan onnodig aan het strottehoofd waardoor je de keel niet goed open kunt houden tijdens het zingen.

Resonans

Bij klassiek zingen draait alles om resonans. Als er geen resonans is dan is een zanger niet boven het orkest hoorbaar. In de zanglessen wordt veel aandacht aan resonans besteed. Hoe beter je als zanger in staat bent om met resonans te zingen hoe meer boventonen in de klank hoorbaar zijn en hoe interessanter de klank wordt om naar te luisteren.

Ademsteun

Ademsteun is nodig om de resonans op niveau te houden in de daarvoor bestemde holtes in het hoofd zoals de mondkeelholte en de neusholte. Vooral de ruimte achter de neus is belangrijk omdat daar een belangrijke formant tot klinken komt. De zogenaamde zangersformant van 3000 herz. In de zanglessen doen we oefeningen om die ruimte ‘wakker’ te maken.

vocalen-pic

Vocalen

Om te leren zingen is het belangrijk dat je alle vocalen helder leert zingen. Daarbij maak je gebruik van je spreekstem. In de zangles maak ik veel gebruik van de spreekstem die als het ware wordt verlengd naar de zangstem. We doen speciale oefeningen in het borstregister waar je spreekstem klinkt en nemen die mee naar de hoogste regionen van je bereik. Hierdoor blijven je vocalen ook naar de hoogte helder verstaanbaar.

Strottehoofd

Bij klassiek zingen is het strottehoofd wat lager ingesteld dan bij spreken. Dit komt omdat zodra je hoog zingt het strottehoofd de neiging heeft om te stijgen. Met je ademspieren houd je de keel open en de tong laag zodat je kunt blijven articuleren in de hoogte.

a. bekervormig kraakbeen
b. glottis
c. stemband
d. en e. bindweefsel
f. ringvormig kraakbeen

strottehoofd-pic

Open keel

Voordat je kunt gaan zingen is het belangrijk dat we de keel openmaken. De tong als sterkste enkelvoudige spier in het lichaam wordt bij zingen veel gebruikt om de klank naar voren te krijgen. We doen oefeningen in de zangles om de keel goed open te maken. Zo zijn de vocalen ‘è’ en ‘â’ goede klinkers om de keel open te maken.

Articulatie en uitspraak

Er is een onderscheid tussen articulatie en uitspraak. Iemand kan bijvoorbeeld goed Duits spreken maar dit toch slecht vocaliseren tijdens het zingen. De articulatie van bijvoorbeeld het Duits en het Italiaans zit voorin de mond waardoor het gemakkelijker is om bij deze talen zangtechnisch goed te zingen. Het Engels daarentegen wat achterin de keel wordt uitgesproken vraagt veel meer van de zanger. Bijna iedereen spreekt Engels maar dan blijkt ineens dat het zangtechnisch lastiger is dan bijvoorbeeld Italiaans of Duits.

Mondstand

Tijdens het zingen is het belangrijk dat je de mond rond houdt en de lippen niet breed trekt. Dit heeft te maken met het feit dat de resonans dan beter behouden blijft. Bij de vocaal ‘ie’ is breed trekken heel verleidelijk omdat de tond wel breed in de mond ligt bij het uitspreken van de ‘ie’. Bij de ‘oe’ mag je niet tuiten want ook dan gaat de keel dicht en houdt de ademsteun geen stand

Muziektheorie

Als het nodig is kunnen we in de zanglessen aandacht besteden aan muziektheorie en solfège. Muziektheorie omvat onder andere het leren noten lezen en het begrijpen van ritme. Solfège is meer gericht op auditieve training van het muzikale gehoor.

1. gehoorgang
2. trommelvlies
3. trommelholte
4. hamer
5. aambeeld
6. stijgbeugel
7. ovale venster
8. voorhof
9. ronde venster
10. bovenste slakkenhuisgang
11. ductus cochlearis
12. onderste slakkenhuisgang
13. buis van Eustachius

Zangles voor beginners en gevorderden in Nijmegen.

Zangles Nijmegen – Zanglessen Nijmegen. Ik help je graag: 06-44902847!

Copyright 2015 - 20 All Rights Zingenjepassie - Zangles in Nijmegen Design by Webdesign Nijmegen en Promoted by: Dutch Digital Marketing Agency